Mobiliteit

vaarroutes

Strategische ligging in Randstad

Haarlemmermeer is strategisch gelegen tussen de steden Amsterdam, Haarlem en Leiden. Voor de drooglegging in 1852 was het Haarlemmermeer een belangrijke scheepvaartroute tussen de Hollandse steden. Na de drooglegging nam de Ringvaart deze functie over en fungeerde de Ringdijk als jaagpad. Met de komst van de verbrandingsmotor werd de auto het belangrijkste vervoermiddel. Deze auto’s hadden rond 1915 nog een smalle polderweg vol met kuilen; alsook de bruggen over de Ringvaart waren hier niet op berekend. In 1938 werd de snelweg A4 aangelegd, waardoor Amsterdam en Leiden over de weg met elkaar verbonden werden. De ligging van luchthaven Schiphol in de polder maakte Haarlemmermeer een belangrijke bestemming voor verkeer uit Amsterdam en later uit heel Nederland. Steeds meer mensen en bedrijven vestigden zich in Haarlemmermeer. Tegelijkertijd werden mensen en goederen steeds mobieler. De infrastructuur (weg, spoor en busbaan) groeide mee.
 

Rijkswegenlengte

Haarlemmermeer heeft in vergelijking met de andere gemeenten binnen de MRA veel wegen over haar grondgebied lopen: 111 km rijksweg, 80 km provinciale weg en 705 km gemeentelijke en waterschapwegen. Dit enorme aantal kilometers komt zowel door de schaalgrootte van de gemeente als de doorgangsfunctie die de gemeente voor het verkeer in de Randstad heeft.
 

Provinciale wegenlengte

Vervoermiddelkeuze

Bij het woon-werkverkeer zie je verschillen terug in de keuze voor het vervoermiddel per kern / wijk. Meest opvallend is dat het fietsgebruik in Hoofddorp een stuk groter is dan in Nieuw-Vennep. Waarschijnlijk komt dit doordat naar verhouding meer inwoners in hun eigen woonplaats werken. Ook in Badhoevedorp wordt de fiets vaak gebruikt. In de kleinere kernen van Haarlemmermeer wordt het OV bijna niet gebruikt voor woon-werkverkeer.

Autobezit

Het autobezit in Haarlemmermeer is groot als je dit vergelijkt met andere grote gemeenten binnen de MRA. Haarlemmermeerders bezitten bijna twee keer zoveel autos als Amsterdammers. En ook als je het vergelijkt met andere ‘suburbane’ gemeenten is het autobezit nog steeds hoog.
 

Autobezit per kern

In totaal hebben Haarlemmermeerders zo’n 65 duizend auto’s in particulier bezit. Het aantal auto's in Haarlemmermeer is in de afgelopen 12 jaar toegenomen met zo'n 12 duizend. Oorzaken daarvan zijn zowel de groei van het aantal huishoudens (+9000) als het groeiende autobezit (van 1 naar 1,1 auto per huishouden)

Het autobezit is niet gelijkelijk verdeeld over de kernen in Haarlemmermeer. In wijken met veel welvarende gezinnen met kinderen (Floriande en Getsewoud) en in de kleinere kernen zijn er vaak twee auto’s in gebruik. Voor gezinnen met kinderen is de flexibiliteit van een tweede auto handig. In de kleinere kernen van Haarlemmermeer is een auto onmisbaar, omdat veel voorzieningen elders zijn en OV beperkt aanwezig is. Het autobezit is het laagst in Graan voor Visch.

Het autobezit op buurtniveau kunt u vinden via deze link.

Treinreizigers in Haarlemmermeer

Treinreizigers
Het aantal dagelijkse in- en uitstappers op treinstations in Haarlemmermeer neemt toe. Schiphol is na Amsterdam-Centraal (162 duizend passagiers per dag) het drukste station binnen de MRA. Hoofddorp valt net buiten de top-10 drukste stations, maar kent wel een reizigersgroei van 25% in de afgelopen 7 jaar. Nieuw-Vennep en Halfweg-Zwanenburg kennen minder in- en uitstappers; wat wel logisch is; gezien de geringere schaalgrootte en het stoppen van minder treinen. Het aantal reizigers in Nieuw-Vennep kende in 2012 een krimp door de komst van een snelle buslijn naar Schiphol (R-net 310), maar groeit sinds kort weer door de komst van een kwartierdienst met Den Haag. Het aantal passagiers voor Halfweg-Zwanenburg is flink gegroeid van bijna 1.500 in 2013 bij de opening van het station naar 2.349. Het effect van de pandemie is goed te zien in de in- en uitstapcijfers. In 2022 werd het aantal forensen van voor de pandemie nog niet gehaald. Dit kan te maken hebben met meer mensen die thuiswerken.

Busreizigers in Haarlemmermeer

Busreizigers
Het is duidelijk (en ook weinig verrassend) dat Schiphol Plaza de meeste in- en uitstappende busreizigers kent. Op afstand volgt Hoofddorp station. Daarna volgen de busknooppunten Spaarne Ziekenhuis en Hoofddorp centrum met ongeveer evenveel in- en uitstappers. De snelle R-net buslijnen worden veruit het meest gebruikt. Bij de knooppunten Spaarne Ziekenhuis en Hoofddorp station is dit aandeel respectievelijk 80 en 70 procent. Bij Hoofddorp centrum is het de helft van de reizigers. Alleen op Schiphol Plaza is de variatie in het lijnengebruik groter.